In Nieuws

De AOW-leeftijd gaat verder omhoog. In 2021 is de pensioenleeftijd nog 67 jaar, in 2022 wordt dat 67 jaar en 3 maanden. Deze verhoging raakt iedereen die geboren is na 1954.

Onderkant formulier

De verhoging is het gevolg van een nieuwe, hogere raming van de levensverwachting van Nederlanders, gemaakt door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Sinds 2012 schrijft de wet voor dat de AOW-leeftijd in dat geval automatisch met drie maanden stijgt. De vuistregel in de wet is dat ouderen tot hun overlijden gemiddeld achttien jaar AOW krijgen.

De uit de stijgende levensverwachting voortvloeiende verhoging van de AOW-leeftijd moet volgens de wet vijf jaar van tevoren worden aangekondigd. Een verhoging van de pensioenleeftijd in 2022 moet dus voor 1 januari 2017 bekend worden gemaakt. Een Nederlander die op 31 december 1954 is geboren, krijgt vanaf 31 december 2021 AOW. Iemand die een dag later is geboren moet drie maanden langer doorwerken. Want zijn of haar AOW gaat dan pas in op 1 april 2022, drie maanden na de 67ste verjaardag.

Als de levensverwachting in dit tempo blijft stijgen, volgen na 2022 nog zeker drie jaarlijkse verhogingen van de AOW-leeftijd met een kwartaal

Het is de eerste keer dat de automatische verhoging van de AOW-leeftijd wordt toegepast. De verhogingen tot 2021 zijn stapsgewijs in de wet vastgelegd. Als de levensverwachting in dit tempo blijft stijgen, volgen na 2022 nog zeker drie jaarlijkse verhogingen van de AOW-leeftijd met een kwartaal. De AOW-leeftijd zal dan in 2025 68 jaar zijn.

De nieuwe verhoging van de AOW-leeftijd moet worden aangekondigd op een brisant moment: in de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart 2017. In de verkiezingsprogramma’s van 50Plus, de PVV, de SP en de PvdA speelt de pensioenleeftijd een belangrijke rol.

50Plus en de PVV willen terug naar 65 jaar als AOW-leeftijd. Dat is volgens het Centraal Planbureau een dure grap. Die verlaging zou jaarlijks 12 miljard euro kosten, drie keer zo veel als de afschaffing van het eigen risico in de zorgverzekering. Het vastzetten van de AOW op 66 jaar kost 9 miljard, bevriezen van de AOW-leeftijd op 67 jaar in 2021 kost 6 miljard euro.

Na de val van het kabinet-Rutte I, in 2012, maakten vijf partijen in het zogenoemde Lenteakkoord een noodbegroting voor 2013. Daarbij besloten de VVD, het CDA, D66, de ChristenUnie en GroenLinks tot verhoging van de AOW-leeftijd en de koppeling van de pensioendatum aan de levensverwachting. Dat werd meteen in wetgeving vastgelegd.

Stapjes

grafiek aow

Het kabinet-Rutte II van VVD en PvdA dat in 2012 aantrad versnelde de verhoging van de AOW-leeftijd. Die wordt nu in stapjes verhoogd naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. Dit besluit werd destijds gesteund door de VVD, de PvdA, het CDA, D66, GroenLinks en de SGP.

Omdat Nederlanders gemiddeld steeds langer leven, moeten de pensioenfondsen per 2018 vrijwel zeker uitgaan van 68 jaar als pensioenleeftijd in 2028. Deze zogenoemde pensioenrichtleeftijd volgt net als de AOW-leeftijd de stijgende levensverwachting. Maar deze verhoging gaat in hele jaren, dus ineens van 67 naar 68 jaar, en moet tien jaar van tevoren worden aangekondigd. Het verhoging van de pensioenrichtleeftijd is gunstig voor de zogenoemde dekkingsgraad van de pensioenfondsen. De fondsen hoeven alle Nederlanders die na 1959 geboren zijn dan immers een jaar minder pensioen uit te keren.

Bron: Gijs Herderscheê 31 oktober 2016, De Volkskrant

CONTACT

Laat hier een bericht achter. We nemen zo spoedig mogelijk contact met u op!

Niet leesbaar? Verander tekst. captcha txt
RekenmachineSmitsVandenBroek