In Nieuws

De btw- sportvrijstelling gaat veranderen. Zoveel is duidelijk. De vraag die voorlopig blijft, is wanneer een wetswijziging te verwachten is. Gemeenten en andere niet-winstbeogende exploitanten, die de binnen- en buitensportaccommodaties belast met btw exploiteren, kunnen dit blijven doen zolang de btw-sportvrijstelling niet is verruimd. De staatssecretaris heeft hierover onlangs een brief geschreven aan de Kamer.

Wat betekent dit voor u?
Op termijn zal een verruiming van de btw-sportvrijstelling onvermijdelijk zijn. Gemeenten en andere niet-winstbeogende exploitanten hoeven dan geen btw meer te voldoen over de inkomsten maar kunnen ook geen btw op de kosten meer verrekenen c.q. terugvragen op de btw-aangifte.

Voor gemeenten en andere niet-winstbeogende exploitanten die het verlaagde btw-tarief toepassen bij de exploitatie van binnen- en buitensportaccommodaties kan het vanuit financieel perspectief interessant zijn om renovaties en investeringen in sportterreinen, sporthallen en gymnastiekzalen op korte termijn op te pakken. Bij een met btw belaste exploitatie van de sportaccommodaties kan namelijk alle btw op de kosten van de renovatie en de aanleg van kunst- en natuurgrasvelden worden verrekend c.q. worden teruggevraagd op de btw-aangifte.

Ter zake van renovaties en de aanleg van natuurgrasvelden zijn de btw-herzieningsregels niet van toepassing. Voor kunstgrasvelden en nieuw gebouwde kleed-/wasaccommodaties gelden de btw-herzieningsregels wel zodat bij een wijziging van het btw-regime terugbetaling van een gedeelte van de btw aan de orde kan komen. Dit laatste is natuurlijk ervan afhankelijk of en welke overgangsmaatregelen worden getroffen.

Achtergrond
De Nederlandse btw-regelgeving kent een aantal bepalingen inzake de behandeling van sport. Het tegen een contributie laten sporten van leden is niet belast met btw als de sportvereniging geen winstoogmerk heeft. De btw op de kosten vormt voor de sportvereniging een kostenpost.

Geeft een gemeente, een commerciële exploitant of een (sport)stichting de gelegenheid tot sportbeoefening, dan is de dienstverlening belast met 6% btw. Omdat de dienstverlening is belast met 6% btw kan de btw op de kosten worden verrekend c.q. worden teruggevraagd op de btw-aangifte. Het verlaagde btw-tarief geldt zowel voor de gemeente, de (sport)stichting als de commerciële exploitant ondanks het feit dat de gemeente en (sport)stichting geen winstoogmerk hebben.

Nederlandse sportvrijstelling niet in lijn met EU regelgeving
In zijn arrest van 19 december 2013 in zaak C-495/12 (Bridport and West Dorset Golf Club) oordeelt het Europese Hof van Justitie dat de btw-vrijstelling voor sportdiensten niet alleen geldt voor de diensten van sportorganisaties (sportverenigingen) aan hun leden, maar ook voor diensten aan niet-leden.

Staatssecretaris Wiebes geeft in  zijn antwoord op Kamervragen, aan dat het Bridport-arrest de Nederlandse regering dwingt om de Nederlandse btw-regelgeving inzake sport aan te passen. De aanpassing komt er in het kort op neer dat het tegen vergoeding geven van gelegenheid tot sportbeoefening zonder winstoogmerk van heffing van btw wordt vrijgesteld. Geen verschuldigdheid van btw maar ook geen recht op teruggaaf c.q. verrekening van de btw op de kosten.

Heeft de exploitant een winstoogmerk dan is het tegen vergoeding geven van gelegenheid tot sportbeoefening belast met btw. Over de vergoeding is btw verschuldigd en de btw op de kosten kan worden verrekend c.q. teruggevraagd op de btw-aangifte. Voor gemeenten en niet-commerciële exploitanten betekent een wetswijziging dat hun dienstverlening van heffing van btw wordt vrijgesteld.

Kamerbrief kondigt wijziging aan maar stelt deze ook uit
In zijn brief van 17 juni 2015, nr. IZV/2015/509U, geeft de staatssecretaris  van Financiën aan dat het huidige btw-regime inzake de btw-sportvrijstelling voorlopig blijft gehandhaafd. De Staatssecretaris noemt geen termijn. De regering heeft volgens de Staatssecretaris geen budgettaire middelen om de btw-sportvrijstelling uit te breiden. Wij nemen aan dat de Staatssecretaris hiermee bedoelt geen middelen te hebben om gemeenten en andere betrokkenen financieel te compenseren bij een uitbreiding van de btw-sportvrijstelling. Een toezegging die hij eerder heeft gedaan. Naar verluid wordt de aanpassing van de btw-sportvrijstelling doorgeschoven naar het volgende Kabinet.

CONTACT

Laat hier een bericht achter. We nemen zo spoedig mogelijk contact met u op!

Niet leesbaar? Verander tekst. captcha txt
BelastingdienstMeeting